RECEPT: Hoofdgerecht: Kabeljauw met frisse Tuinboonsalade

400 gram kabeljauwfilet
1 sinaasappel
1,5 kilo verse tuinbonen
100 gram pancetta
1 rode peper
1 gezouten citroen
½ citroen
1 el venkelzaad
½ bosje kervel
8 el olijfolie
boter

Snijd de kabeljauw in vier gelijke stukken. Bestrooi aan alle kanten met zout en rasp er met een fijne rasp wat sinaasappelschil over. Zet minimaal een uur koud weg zodat het zout goed kan intrekken.
Dop de tuinbonen en kook ze in water met ruim zout een minuut of drie en giet af. Laat afkoelen of spoel koud. Eventuele dikke exemplaren kun je dubbel doppen.
Snijd nu de pancetta in dunne plakken en vervolgens flinterdunne reepjes. Bak deze uit in een bakpan en laat vervolgens uitlekken op keukenpapier.
Rooster de venkelzaadjes kort in een pan en blaker de rode peper op het vuur of onder de grill tot hij zwart wordt.
Verwijder het zwarte velletje en snijd de peper klein. Neem nu een gezouten citroen en snijd de schil rondom weg. De binnenkant van de citroen doe je samen met venkelzaad, een beetje zout en de peper in een vijzel.
Vijzel en voeg langzaam sap van een halve citroen en olijfolie toe. Je krijgt een mooie rode saus.

Dep de vis droog en bak deze in een klont boter. Laat de vis eerst een paar minuten op de huid bakken voordat je de vis omdraait en de pan van het vuur haalt. Snijd tenslotte de schil van de gezouten citroen fijn en meng met de tuinbonen, blaadjes kervel en pancetta.
Maak aan met een beetje olijfolie en verdeel over borden.
Serveer hierop de vis en een goede lepel salsa.